Peter Otten  Mijn artikelen mag u alleen lezen.

 

< Terug naar artikelen

 

GRIEP door Peter Otten

 

We kampen nog steeds met de “vogelgriep”. Die komt voor bij daarvoor gevoelige vogels (kippen, andere hoenders en watervogels). Die gaan er aan dood. Soms springt de ziekte over op de mens.

De mens wordt dan ziek en ook hij gaat in veel gevallen aan deze ziekte dood.

In de regel draagt hij de ziekte niet over op een ander mens. Door een verandering in het virus, een z.g. mutatie, kan dat echter wél gebeuren. Dan breekt de hel pas echt los.

Lees met mij mee.

 

De Spaanse griepepidemie van 1918

In de zomer van 1918 stierven in Nederland de eerste mensen aan de Spaanse griep. In andere landen waren reeds duizenden mensen aan deze virusziekte overleden. Waar de ziekte precies is begonnen is niet duidelijk. Het eerste gedocumenteerde geval is dat van soldaat Albert Mitchell, die zich op 11 maart 1918 ziek meldde in Fort Riley in de staat Kansas in de Verenigde Staten. De ziekte verspreidde zich met zeer grote snelheid over de wereld.

Vanuit de Verenigde Staten naar het Oosten en vandaar uit weer terug naar het Westelijk halfrond.

De Eerste Wereldoorlog was nog aan de gang en door de censuur kwamen eerst weinig berichten naar buiten over de ziekte. Alleen in Spanje, dat niet aan de oorlog deelnam, werd in de pers veel aandacht besteed aan de epidemie. De virusziekte werd in ander landen daarom al gauw de Spaanse griep genoemd.

Aangenomen wordt dat de oorzaak van de griep een gemuteerd varkensvirus uit China was.

De griep begon met hoge koorts, hoesten, spierpijn en keelpijn. Gevolgd door extreme moeheid en flauwtes.

Men verloor zoveel energie dat men niet meer kon eten en drinken. De ademhaling werd steeds moeilijker, gevolgd door de dood.

 

Naar schatting hebben meer dan een half miljard mensen de ziekte opgelopen. In totaal stierven tussen de 20 en 40 miljoen mensen aan deze virusziekte. Van de Amerikaanse soldaten in Europa stierf in 1918 de helft aan de Spaanse griep.

Bij een normale griep worden vooral ouderen en anderen met een lage weerstand getroffen.

Niet bij Spaanse griep: het waren vooral de mensen in de leeftijdsgroep van 20-40 jaar die overleden.

In het voorjaar van 1919 was de griep uitgewoed.

De griepepidemie was de meest ernstige uit de twintigste eeuw en was op jaarbasis gezien dodelijker dan de Zwarte Dood, waar in één jaar gemiddeld 2 miljoen mensen stierven tegen de 20-40 miljoen in één jaar aan de Spaanse griep. Nog steeds is de precieze oorzaak van de Spaanse griep niet bekend, maar recente onderzoekingen bevestigen het vermoeden dat het een recombinant griepvirus is (varkensgriep met ingefokte eigenschappen van het menselijke virus. Red.).

In Nederland stierven binnen enkele maanden 27.000 mensen aan de Spaanse griep.

De meeste in de maande oktober (5506), november (16.960) en december (5321) van 1918.

Hele gezinnen stierven.

In de zomer van 1918 had een eerste golfje van Spaanse griep ons land overspoeld, maar het aantal slachtoffers bleef toen beperkt. Diegenen die in de eerste golf de griep hadden gehad, kregen in het najaar de griep niet opnieuw.

Eén op de 250 Nederlanders overleed aan de Spaanse griep. Bij bezoeken aan kerkhoven ziet men nog steeds aan de grafzerken dat vele gezinnen binnen korte tijd hun familieleden verloren aan de Spaanse griep.

Sommige wetenschappers sluiten niet uit dat een dergelijke griepepidemie zich opnieuw voor kan doen.

Het griepvirus blijft zich muteren en onder het voor het virus gunstige omstandigheden zou het zich sterk kunnen verbreiden. In 1997 werd in Hong Kong al het pluimvee geslacht om te voorkomen dat een griepvirus zich via varkens naar de mens zou kunnen verplaatsen. Men weet nu meer van de Spaanse griep en men is alerter, maar een medicijn is er nog steeds niet.

 

Spaanse griep: 40 miljoen doden. Vogelgriep: 150 miljoen doden?

Het sombere scenario van een dodelijke griepgolf is niet uit de lucht gegrepen. Eerdere uitbraken van griep hebben ook een verwoestend spoor van dood en verderf achtergelaten. In de jaren 1918 en 1919 verspreidde een grote influenza-epidemie (Spaanse griep) zich in korte tijd over de hele wereld; naar schatting 40 miljoen mensen stierven daardoor. Uit onderzoek is gebleken dat de Spaanse griep ook een gemuteerde vogelgriep is geweest.

Dus ging het om een griep die in het begin alleen vogels besmette, maar na mutatie ook griep veroorzaakte bij mensen. Verder is het opvallend dat de Spaanse griep voornamelijk dodelijk was bij relatief jonge en gezonde mensen. Bij een normale griep worden vooral ouderen en anderen met een lage weerstand getroffen.

Niet bij Spaanse griep: het waren vooral de mensen in de leeftijdsgroep van 20-40 jaar die overleden.

In 1957 kwamen 1 miljoen mensen om bij een uitbraak van de Aziatische griep. En in 1968 eiste de Hongkong-griep 700.000 levens. David Nabarro, een hoge functionaris van de Verenigde Naties, voorspelt dat er 150 miljoen doden zullen vallen bij een uitbraak van een vogelgriep-pandemie!

 

< Terug naar artikelen